Tuesday, September 20, 2011

"Terug naar Tioman" van J. Wolkers en "Endau-Rompin" van J. Cremer

Amai, het is hier zo druk geweest met het bezoek van Cecile en Paul, respectievelijk Silvies mama en haar vriend, het anachronistische en anathermale kerstshoppen, de moeilijke voorbereiding van Sarawak in Borneo en de nog moeilijkere visa-regeling voor Myanmar; waarbij meteen de verklaring voor de achterstand van de posts...

1. Pulau Tioman

Uiteraard heeft Spelletjeselke een spelletje meegebracht
Het is inmiddels al meer dan een maand geleden dat ons viertal de boot nam naar Tioman eiland, waar we een kleine week zouden blijven.

We dachten dat Jan en Elke er wel zouden duiken (thuis zegt men toch steeds dat Maleisie een droomland is voor duikers), maar na een sessie snorkelen vlak voor onze hutjes, bleek dat duiken totaal onnodig was om de veelvoud van vissen en koralen waar te nemen.

Jan groet 's morgens het leven
Ons grote plan op Tioman was om een stevige jungletrek te nemen van Salang (in het noorden) naar Juara (in het oosten, dwars het eiland oversteken). Op een bewolkte donderdagochtend doen we dit ook. Jan en ik nemen het eerste uurtje bergop langs Monkey Bay; Silvie en Elke nemen een kleine luxe-speedboot naar de baai erachter (een verlaten oord zonder naam), want die stevige klim is instant zweten en we hebben nog een lange dag voor de boeg (en deze zal nog veel langer en zwaarder blijken te zijn dan gedacht hahaha!).

Sylvan Silvie, Indiana Elke, Tarjan Durian en Jungle George - allen nog fris en monter!
Langzamerhand eist de rimboe zijn tol...
Sama disini

Durian (Durio kutejensis), de "king of fruit": ruikt naar rotte uien, kaas en kinderkots, en na een miniscuul en onsmakelijk hapje blijft de smaak ervan koppig terugkeren bij elke oprisping!
Na bijna twaalf uur trekken - en we hebben geluk gehad, het bleef bewolkt met hier en daar een opklaring (dank u Frank Deboosere) en zelfs een verfrissende bui - door prachtige, diepe jungle hebben we eindelijk ons eindpunt Juara bereikt. Tot mijn groot verdriet lijkt er ook iets te groeien tussen Jan en Silvie. Kijk gewoon hoe dicht die handjes bijeen hangen! Lena, help mij!!!


We zijn allemaal helemaal kapot na de +/- 14 a 20 km rimboereis (behalve Tarjan Durian, die vindt het maar een gewone boswandeling), en na een prachtige avond in Kampung Juara nemen we de 4x4 terug. We moeten die ochtend wel wachten op Elke, die tracht een verse kokosnoot met haar mentale krachten te openen. Lang wachten dus...


2. Endau-Rompin

In plaats van het befaamde Taman Negara te bezoeken (waar alle brochures en zelfingenome reizigers ons naar verwijzen), besluiten we naar Endau-Rompin te gaan - deels op aanraden van onze vriend Louis, maar ook omdat het op onze route ligt en vanwege de democratische prijs, en bovenal omdat het minder betreden is door de horden toeristen die in het nationale park niet te ontwijken zijn.

Endau-Rompin is officieel het tweede grootse natuurpark van het land; Endau ligt in de staat Johor (waar de rivier Endau stroomt) en Rompin in de staat Pahang (waar de Rompin stroomt - in Pahang ligt ook Taman Negara). De enige (en dure) manier om er te geraken is met een 4x4, waarin we stevig heen en weer geschud worden. Na zo'n twee uur door palmolieplantages gereden te zijn, gaan we de echte jungle in. Een brug is recent nog door een rivier vernietigd, de weg ligt vol olifantenpoep (geen grap), maar na veel geschud heen en weer (ik ben zo blij om van voor te zitten!) komen we aan in kampung Peta. Hier wonen hoofdzakelijk Orang Asli (letterlijk: "originele mensen", die zijn in Belgie ook moeilijk te vinden haha), waarvan een jongeman genaamd Amerol onze gids is, en een oom of neef of iets dergelijks voor ons eten zorgt. Er wordt lekker eten gekookt, maar met Jan en Elke erbij komen we maar net toe!



Tijdens ons verblijf in kampung Peta, gelegen langs een rivier in een vallei, zien we GEEN olifanten (ook niet 's nachts, Elke), maar wel rubberbomen; de jackfruit die lijkt op durian  maar niet stinkt; een boom opengereten door de (relatief kleine) Maleisische beer; een reuzenteek op mijn been; prachtige watervallen waar Silvie amper uit geraakt en door een zoetwatergarnaal wordt gebeten; en een ultrakoude "blue lagoon" omgeven door vieze bloedzuigers.


Yeah, that's a biggie: ik durfde hem eerlijk gezegd niet zelf uit m'n been te trekken.
Onze gids Amarol deed droogjes het nodige. Man I felt like an idiot!
The blue lagoon: heel koud, vol grote vissen en Jan & Elke hebben zelfs een zwemmende slang gespot. Nice.




ATTACK OF THE KILLER SHRIMPS ! ! !

2 comments:

  1. Ja zeg, GEEN olifanten gezien...als ze die wilderjungel nou gewoon plat hakken had je tenminste meer dan olifantenstront gezien! Dat snappen ze alleen in Afrika.

    ReplyDelete
  2. Oh niet vergeten; wij hebben na onze jungeltrekking op Tioman aan het strand één van de allerbeste aller aller lekkerste Chinees gegeten OOIT! Jawel Chinees kan echt lekker zijn! Wel met een Durian geur erbij...want aan een andere tafel waren er chinezen hun dessertje aan het eten (stinkyKINGofFRUITS) DURIAN...dat ruik je van mijlen ver!

    ReplyDelete